Geestigheid voor beginners

Van een koe en een geitHet schooljaar zit er weer bijna op. Duizenden jonge analfabeten werden in amper tien maanden geletterd. Het wonder heeft zich in evenveel kinderhoofden nog maar eens voltrokken: zij lezen en kunnen voortaan ongekende paradijzen van de verbeelding verkennen. Op de boekenmarkt is er overvloedig leesvoer te vinden dat hun vorderende competenties op de voet volgt. Heel wat uitgeverijen zagen wel brood in de deze 'doelgroep' en bedachten speciale reeksen, met namen als 'Lees je al?', 'Hoera, ik lees!', 'Spetter', 'bas en fiel', 'klipper', 'Lukas en Lora', 'Katjes', 'Eekhoorntjes', 'Bizon', 'Zoeklicht', en meer van dat fraais.
   Ergens in dat soort boekjes vindt de begeleider op het prille leesparcours de nodige indicaties, die voor leken wel eens erg onbegrijpelijk kunnen zijn. Hierbij alvast een summiere gebruiksaanwijzing. Zo zijn er de AVI-niveaus, van 1 tot 12, die tekstmateriaal voor beginnende lezers indelen op basis van puur leestechnische normen. De moeilijksheidsgraad wordt bepaald door middel van ingewikkelde formules die met gemidddelde woord- en zinslengte te maken hebben. Zo staat AVI 1 voor 'literatuur' me één zin per regel, enkel eenlettergrepige woorden zonder medeklinkercombinaties, geen hoofdletters en nauwelijks leestekens. Voor absolute beginners dus. Op het einde van de eerste klas zitten de meeste kinderen op niveau 4: hier kunnen zinnen al doorlopen naar een volgende regel en komen ook al drie- en meerlettergrepige woorden voor. Van 'maan roos vis' tot 'centen in mijn portemonnee' bijvoorbeeld. Een volleerd lezer heeft dus op het eind van zijn carrière AVI 12 bereikt.
   Omdat het hele AVI gedoe geen rekening houdt met de aantrekkelijkheid van de inhoud en met de structurele aspecten van een verhaal, en vanwege de rigide opdeling in soorten lezers die zo'n systeem oplegt, gingen bezorgde specialisten een aanvullend meetsysteem bedenken. Uitgeverij Zwijsen, sinds jaren de grote gangmaker in leesmethodes, geeft nu ook de LEESLAT aan op de uitgegeven boeken. Daarbij wordt ook rekening gehouden met de leeservaring in ruime zin en wordt een waardering weergegeven van A (makkelijk) to H (moeilijk) die iets zegt over de inhoud, verteltechnische aspecten en taalgebruik.
Een sok met streepjes   In het ruime aanbod van boekjes voor beginners zit heel wat onnozele onzin. Het is een kunst om met beperkt taalmateriaal toch een boeiend en eigentijds verhaal te brouwen. Sus en Jum van Joke van Leeuwen (Querido), Grote Pien en kleine Pien van Wim Hofman (Van Holkema & Warendorf) en ook wel Vos en Haas van Sylvia vanden Heede (Lannoo) blijven voorlopig de bravourestukjes: geestig geschreven, vol verrassende taalvondsten en met een heuse plot. Even een greep uit wat recent bij Zwijsen verscheen. Klein beginnen met twee grappige en prachtig geïllustreerde 'pictoboeken' voor kleuters op weg naar geletterdheid. In Een sok met streepjes van - alweer - Joke van Leeuwen en in Stappen en stilstaan van Ben Kuipers en Ingrid Godon (ill.) werden in prettige verhaaltjes de belangrijkste woorden vervangen door plaatjes. Achteraan zit een soort lexicon met bij elk plaatje het bijbehorende woord. Tussendoor staan er ook mooie en kleurige paginagrote prenten. Een slimme manier om kleuters te initiëren.
   Een nieuwe serie 'Samenleesboeken' combineert moeilijk en makkelijk: op de linkerzijde staat een korte groot gedrukte tekst bestemd voor de debutant, op de rechterkant een langere en klein gedrukte passage die door een gevorderde wordt voorgelezen. Een leuk idee. Van een koe en een geit van Ivo de Wijs en Nicolle van den Hurk (ill.) is zo'n boekje. De berijmde tekst is grappig en de illustraties uitnodigend. In de Spetterreeks, vooral bedoeld voor eerste- en tweedeklassers, zitten nogal wat onnozele, voorspelbare verhalen. Maar Rindert Kromhout en illustrator Jan Jutte maakten met Een fijne verjaardag alweer een aandoenlijk en geestig vervolg op eerdere verhalen over het onafscheidelijke duo Bil en Wil. De nakende verjaardag van Bil houdt de immer tobbende Wil uit zijn slaap. Hij besluit dan maar te gaan checken of alle afspraken met de visite, de bakker en 'Orkest' duidelijk zijn. Na een drukke regelnacht valt hij in het park in slaap en arriveert hij midden in de feestelijkheden. Ondanks de lage technische leesdrempel (AVI 3) een onderhoudend geschreven en prachtig getekend boekje.
    De 'Bizonboeken' van Zwijsen zijn dikker, klein van formaat en doorgaans mooi gelayout. De kleur (rose, geel of blauw) geeft de bedoelde leeftijd en leesvaardigheid aan. Van Bart Moeyaert verschenen enkele jaren terug drie prachtige en goed geschreven verhalen in die reeks. Twee nieuwe titels (AVI 5 en LEESLAT D) zijn Kom, witte wolf, kom! van Annie Heymans en Helemaal alleen in de klas van Erik van Os en Elle van Lieshout, en ze zijn niet onaardig. Het eerste vertelt het verhaal van kleine Vink, een jongetje met witte haren en heel lichte ogen, die in een vreemd gezin met een kwaaie Ma en acht volwassen kinderen opgroeit ("over de negende werd niet geprata"). De sfeer is er beklemmend en het huis hangt vol geheimen. Voor de blauwe deur zit Ma als een permanente bewaakster van wat niet geweten mag zijn: Djemie de walnoot, "ze zeiden dat zijn hersens waren gekreukeld"; je hoort hem zoemen en gillen. Vink voelt zich een buitenstaander tussen het zootje ongeregeld en beeldt zich in dat hij door een witte wolf te vondeling werd gelegd tussen de wortels van een boom. Ten slotte licht Tante Daatje, de kletskous van het bizarre gezelschap, hem in over zijn mysterieuze ouders. Een poëtisch geschreven en getekend maar tegelijk wat wrang verhaal dat wel meer leeservaring vereist dan de aangegeven D.
   Heel wat luchtiger is Helemaal alleen in de klas. Hannah is enig kind thuis, en raar maar waar, ook op school nadat Jan, haar enig vriend en klasgenoot met zijn ouders naar de stad verhuisde, "want daar ligt het geld voor het oprapen. In het dorp kun je alleen maar aardappels rapen." Een absurde situatie is het wel: alleen met een bejaarde juf die alles in de gaten heeft, tussen dertig lege stoelen en banken waar je droevig van wordt en met een foto aan de muur van lang geleden met een klas vol kinderen. De gymles is een spelletje dammen en een grote plaat met de zee erop komt in de plaats van een schoolreisje. Een origineel gegeven met veel humor in een vlotte, geestige vertelstijl geschreven. Leren lezen kan ook spannend worden.

Annemie Leysen

Ivo de Wijs
Nicolle van den Hurk (ill.)

Van een koe en een geit
Samenleesboek, Zwijsen
vanaf 6 jaar.

Ben Kuipers
Ingrid Godon (ill.)

Stappen en stilstaan
Pictoboek, Zwijsen
vanaf 4 jaar.

Joke van Leeuwen
Een sok met streepjes
Pictoboek, Zwijsen
vanaf 4 jaar.

Rindert Kromhout
Jan Jutte (ill.)

Een fijne verjaardag
Spetter, Zwijsen
vanaf 6 jaar.

Annemie Heymans
Kom, witte wolf, kom
Bizon, Zwijsen
vanaf 6 jaar.

Erik van Os, Elle van Lieshout
Han Janken (ill.)

Helemaal alleen in de klas
Bizon, Zwijsen
vanaf 6 jaar.


TerugCopyright ©  De  Morgen                     13 juni 2001.