Hoor
ik daar geen paardenvoetjes
"Er
was eens een jongetje dat zo zoet was, zo zoet als een fondantje, een marsepeinen
aardappeltje, een koekje van honing en sukade, een roze schuimpje, een
slagroomtaartje, een ijsje, een toffee, een spekkie, een lolly. Dat jongetje
was zo zoet als een suikerhart." Zo begint het merkwaardige sinterklaasverhaal
van Imme Dros in het gelegenheidsboek Zwarte Piet, Wiedewiedewiet.
Het gaat over een ideaal jongetje, want "hij was ook sportief en grappig
en gezellig en hij kon geweldig voetballen. En hij was nooit te beroerd
om iemand te helpen." Zo elk jaar rond Sinterklaas heeft ons jongetje medelijden
met die Oude Sint, die maar in de kou staat te kloppen en te kloppen en
zachtjes te tikken tegen het raam. Hij neemt een besluit: als hij bij Sinterklaas
in Spanje gaat wonen, kan die oude goedheiligman rustig naar bed in een
goed hotel en zorgt hij wel mee met de pieten voor de pakjes. Omdat niemand
zijn idee ziet zitten bedenkt hij een plan. Alleen als je stout bent en
in de zak moet, kom je natuurlijk zonder vliegtuigticket in Spanje! Het
zoete jongetje doet heel erg zijn best: hij zegt lelijke woorden, gooit
een ruit in, verscheurt zijn schriften, maar niemand wil zien hoe stout
hij wel is. Tot Sinterklaas op bezoek komt in de klas...
Na alle
clichéverhalen over Sint en Piet is dit verhaal als een marsepeinen
aardappeltje zo lekker. Er staan overigens nog meer leuke verhalen en versjes
van bekende Nederlandse jeugdschrijvers in dit verzamelboek, dat nog de
hele maand december meegaat. Het is namelijk een omkeerboek: als je het
omdraait komt de kerstman op zijn rendier aangevlogen, met achter hem aan
ook weer 62 pagina's vol prenten, versjes en verhalen. In beide delen van
het boek vind je ook leuke knutseltips en recepten om beide feesten op
te vrolijken.
In Sinterklaas,
luie baas! rekent Brigitte Minne af met het hele knechtgedoe rond Zwarte
Piet. Ze 'ontheiligt' Sinterklaas en schildert hem af als gewoon een verwende
oude man die al het werk afwentelt op zijn trouwe knecht, en zelf lekker
lui aan het strand gaat liggen. Piet, die schoensmeer op zijn gezicht smeert
omdat hij nu eenmaal zwart moet zijn, slooft zich uit in het maken van
rijstpap, het opruimen van het kasteel en het produceren van speelgoed.
Op een dag wordt het hem te veel. Hij schrijft een briefje en vertrekt.
Sint is heel erg boos als hij thuiskomt en zweert dat hij het wel zonder
Piet zal klaren. Terwijl hij de pap laat aanbranden en misbaksels van speelgoed
maakt, duikt Piet in zee en zoekt schelpen. Dan krijgen ze allebei wroeging.
Zullen ze dan maar alles samen doen?
Dit
is misschien een politiek correct boek (het had zelfs met een stapje verder
nog een vrouwelijke Piet kunnen zijn), maar daardoor is het opgeheven vingertje
nooit veraf. De prenten van Anne Westerduin zijn wel geestig. Wit, de schimmel
van Sinterklaas, is een houten hobbelpaard, wat het kinderlijke in de oude
man vergroot. In sommige prenten lijkt de Sint, dik en kaal en met kort
baardje, echter verdacht veel op zijn vriend de kerstman.
Wat
zal Sinterklaas zoal door de schoorsteen laten glijden? Aangezien hij niet
alleen een kindervriend is maar ook een nauwe band heeft met het
paard, zal het eerste kinderboek van Kees van Kooten niet aan zijn aandacht
ontsnappen.
Het schaampaard gaat niet over een 'trippel trappel
op het dak'-paard, maar over een heel gewone oude merrie die na vele jaren
dienst een plekje krijgt in de wei van haar baas, mijnheer De Boer. Ze
zou een onbezorgd bestaan kunnen leiden, ware het niet dat ze zich schaamt
omdat ze midden op de wei, in het zicht van iedereen, moet staan 'ploffen':
"Wat zou jij voelen wanneer / kinderen elkaar voorspellen / hoeveel jij
gaat kakkerellen? / En geen tien maar honderd keer? / Dan lukt de boodschap
toch niet meer?" Na 800 verzen wordt haar droom, een eigen wc, vervuld,
dankzij de hulp van een bijdehante kauw en een lief klein meisje. Van Kooten
is aan het project begonnen op verzoek van kunstenaar Willem van Malsen,
die een reeks van merkwaardige prenten maakte voor Het schaampaard.
Hij
hanteert hierbij een heel bijzondere techniek: de déchirure,
in dit geval het snijden en scheuren van twintig op elkaar liggende vellen
gekleurd papier. Door minutieus vormen te snijden uit de verschillende
kleurlagen, komt Van Malsen tot een afbeelding die diepgang heeft. Het
is in feite het omgekeerde procédé van een collage, waarbij
je reliëf krijgt. Bij zoveel vakmanschap van de kunstenaar moest een
lang gedicht op rijm komen. Ik heb de oefening gedaan om het de bekende
stem van Kees van Kooten in gedachten zelf te horen voorlezen, en dat vergroot
de aardigheid.
Toch
denk ik dat het voor kinderen (6+) een moeilijk boek is, en niet alleen
vanwege de lengte. De taal van Van Kooten is zoals bekend origineel maar
ook een beetje hoogdravend. Met wat extra uitleg en een gedoseerd gebruik
is dat echter wel op te vangen, en kinderen die taalgevoelig zijn zullen
zich zeker verkneukelen in de woordspelingen. Ook het onderwerp spreekt
kleine kinderen aan, want rond zes, zeven jaar zijn velen onder hen bijzonder
drol-minded. Het schaampaard is vooral geschikt als voorleesboek
en vraagt wel wat talent van ma of pa. En een Engelse tongval, vooral in
de hilarische stukken waar de Engelssprekende kauw opduikt: "Heus: er hangt
geen dirty reuk aan, / maar die ballen from your billen / kan ik zonder
hulp niet tillen. / Dear, daar sjouw ik mij een breuk aan!"
Hoe
zou het eigenlijk zitten met de ballen from the billen van het paard van
Sinterklaas? Gaan die straks mee door de schouw of in de zak van Pieterbaas?
Kathy
Lindekens
Brigitte
Minne
(Illustraties
Anne Westerduin)
Zwarte
Piet, Wiedewiedewiet/
Een
boom vol kaarsjes
Van Holkema & Warendorf, Houten 126 p., 595 fr.
Sinterklaas,
luie baas!
De Eenhoorn, Wielsbeke, 32 p., 495 fr.
Kees
van Kooten
(Illustraties
Willem van Malsen)
Het
schaampaard
Standaard, Antwerpen, 38 p., 595 fr.
Copyright
©
1 december 1999.
