Leuk feest
"Gijs was jarig. Hij had een mooi groot cadeau gekregen. En mama's voet was ook ingepakt. Want ze was gevallen over het cadeau." Met die nuchtere situatieschets zet Harrie Geelen meteen de toon. Gijs moet dan zelf maar acht taartjes halen bij de bakker voor de invités. Dat er voor hond Flop niets lekkers werd besteld, vindt hij maar niks. En een bot met slagroom heeft die bakker niet in huis. De terugtocht wordt een ramp: gietende regen, hond Flop die achter een kat aanrent en de hele taartendoos omgekieperd. Maar wél een meevaller voor Flop, die de zaak verzaligd oplikt. "Het was een leuk feest. En Flop moest overgeven. In de tuin. Onder het nieuwe cadeau van Gijs." Harrie Geelen is een meester in het oproepen van een herkenbare huis-tuin-en-keukenwereld van kleine kinderen. De tekst is minimaal, ter zake en grappig in zijn eenvoud. Zoals steeds vertellen ook hier weer de veelzeggende prenten het verhaal. Geen ruw geborstelde verfstreken, in lijstjes gezet, zoals we die van Harrie Geelen in zijn vorige boeken gewend zijn, maar wazige aquarelprenten met alweer een erg overtuigende, aandoenlijke en suggestieve expressiviteit. (AL)

Kattig alter ego
De Duitse Jutta Richter blikt in haar boeken wel vaker nostalgisch terug op een verdwenen kindertijd. In De zomer van de snoek, bijvoorbeeld, evoceert ze op aangrijpende wijze een bucolische jeugd en de onvermijdelijkheid van het afscheid. In De witte kat of hoe ik de eeuwigheid verloor beschrijft Richter in tien korte hoofdstukjes hoe de kleine vertelster zich ten slotte willens nillens conformeert met de verwachtingen van de duffe en veeleisende grotemensenwereld. Een oude witte, kalende kat "spint haar elke dag op weg naar school tegemoet" en zorgt er met haar anarchistische geklets voor dat ze ook steevast te laat op school arriveert. Eigenwijs, wil ze zijn, 'Lummelliesje', net als haar kattige alter ego, en bijzonder ook. En met de wereld aan haar voeten, want "wij hadden de eeuwigheid" en die "was groot en traag". De subversieve en rebelse kat zet haar op tegen alles en iedereen: tegen de eenzame buurman Waldemar Buck en diens herdershond, jankend opgesloten in een verroeste kooi ("Eigen schuld, blies ze. Hij likt de hand die hem slaat in plaats van erin te bijten (...) Hij is niet als slachtoffer geboren. Elk dier is vrij en sterk en de hele wereld begint als een wonder." Tegen de leraars ook, die alleen maar in schooljaren denken en geen benul hebben van de eeuwigheid. En tegen de pastoor met zijn foute uitleg van de appel en het paradijs. Langzaam maar zeker laat Richter twijfel binnensluipen over de assertieve en harteloze levensfilosofie die de witte kat verkondigt: "Ik voelde heel goed dat ergens een einde aan zou komen. Aan een geheim, een betovering. Ik zou de eeuwigheid verliezen."
In dit boek pakt Jutta Richter een paar stevige levensvragen aan: wat is goed en wat is kwaad? In hoever moeten algemeen geaccepteerde normen en waarden een mensenbestaan bepalen en begrenzen? Ze doet dat - op volwassen kindermaat - in haar onmiskenbaar zuinige en poëtische stijl en met een subtiele humor die je meer dan eens laat glimlachen. Het boek is overigens prachtig vormgegeven en geïllustreerd. Rotraut Susanne Berner tekende voor elk hoofdstuk een intrigerende witte kat tegen een geel-zwarte achtergrond, die je balorig in de ogen kijkt. (AL)

Flitsend avontuur
Een heerlijk zomers boekje zonder tekst voor de allerkleinsten. Mag dat, Ollie? is een soort vervolg op het al even hartveroverende Waar gaat Ollie naartoe?. Ollie, een olijke krullenbol van een blanke mama en een donkere papa, is voor dag en dauw wakker en beslist om er op haar eentje uit te trekken. Terwijl haar ouders nog zalig liggen te slapen, trekt ze haar helblauwe badpak aan en grist ze een zwemband mee. Op haar driewieler fietst Ollie dwars door de ontwakende stad, vastberaden op weg naar een plek waar ze kan zwemmen. Onderweg veroorzaakt ze onbedoeld nogal wat commotie. De burgemeester wil een lint doorknippen ter inhuldiging van een nieuwe brug maar Ollie fietst er dwars doorheen. Ze brengt een blitzbezoek aan een kinderboerderij, waar ze het hek vergeet te sluiten en zo alle dieren laat ontsnappen. Intussen ontdekken haar ouders dat Ollie vermist is. De Wit tekent Ollies avontuur in felle, bijna schreeuwerige kleuren waar je in het begin even aan moet wennen, maar die eigenlijk goed aansluiten bij het temperamentvolle karakter van haar kleine heldin. Aangezien alles woordeloos wordt verteld, zorgt ze voor heel wat fijne picturale details, waardoor je aandacht constant wordt vastgehouden en je nieuwsgierig blijft naar de afloop. Nogal wat illustraties zijn getekend vanuit een verrassend perspectief en er zit een grote vaart in de compositie, net zoals Ollie haar spannende fietstochtje moet hebben aangevoeld. Heel mooi is de tekening waar Ollie de vijver in het park bereikt en ze ons, net voor ze een duik neemt, even vertwijfeld aankijkt. Doe ik het of doe ik het niet, zie je haar denken. Prachtig subtiel, waardoor Ollie in al haar stoutmoedigheid toch heel menselijk en kwetsbaar wordt. Geen artistiek hoogstandje, wel een intelligent en met veel flair gemaakt boek om samen naar te kijken. (PJ)

Verrassend wolvenverhaal
Wat eerst een informatief boek over wolven lijkt, wordt algauw een verhaal in een verhaal. Een konijn, duidelijk bezeten door boeken, leest geboeid een boek over wolven en komt heel wat aan de weet. Grappig is hoe hij, helemaal verzonken in zijn lectuur, niet merkt dat zijn studieobject én het boek erover, een eigen leven beginnen te leiden en op den duur vervaarlijk dichtbij komen. Voor gevoelige lezers is er een alternatief slot. Een geestige combinatie van informatie, woordspelingen, beeldgrapjes en ouderwets griezelen. Wolven is prachtig geïllustreerd en ontworpen, in sobere kleuren en lijnvoering, en een erg verrassende vormgeving met losse briefjes en kaartjes. Een feest van een boek van de innoverende en ophefmakende Britse illustratrice Emily Gravett! (AL)

Kunstige dieren
Momenteel loopt in de Scheldestad het festival O dierbaar Antwerpen, een zomers cultuurevenement waarbij de relatie tussen stadsmens en dier centraal staat. Verscheidene cultuurhuizen en musea nemen eraan deel. Een van de minder bekende Antwerpse musea is het Rockoxhuis, een zeventiende-eeuwse patriciërswoning met een mooie collectie kunstwerken en objecten. Dat museum vroeg aan 18 auteurs en illustratoren (onder meer Bart Moeyaert, Sylvia Vandenheede, Carll Cneut) zich te laten inspireren door de dieren die afgebeeld staan op hun kunstwerken. Het resultaat is een verzameling van korte verhalen, gedichten en illustraties die nu door Lannoo werden gebundeld in een zeer verzorgde bloemlezing.
Deze originele catalogus getuigt andermaal van de grote diversiteit en het vaak hoogstaande niveau van onze jeugdauteurs en illustratoren, al is de kwaliteit van de bijdrages nogal ongelijk. De meest frisse en geïnspireerde literaire stukken komen ongetwijfeld van Joke van Leeuwen, Edward Van de Vendel en Gerda Dendooven. Wat de illustraties betreft, valt vooral het werk van Klaas Verplancke, Isabelle Vandenabeele en Pieter Gaudesaboos op. De ultieme symbiose tussen tekst en beeld komt weliswaar van Van Leeuwen (hoe kon het ook anders?): vertrekkend van een fragment van een schilderij van Frans Snijders laat ze in een paar beelden een dood vogeltje herrijzen. Met de computer moet ze allicht het oorspronkelijke beeld hebben bewerkt, waardoor je de indruk krijgt dat het vogeltje voor even uit een diepe slaap ontwaakt. Wat van Leeuwen prachtige versregels ontlokt over vergankelijkheid en eeuwigheid. (PJ)
Annemie Leysen & Patrick Jordens
Rotraut Susanne Berner (ill.)
Lannoo, Tielt, 52 p., € 14,95.
ISBN: 978 90 2097 043 2
vanaf 8 jaar.
Lannoo, Tielt, 32 p., € 12,95.
ISBN: 978 90 8568 312 4
vanaf 3 jaar.
Querido, Amsterdam, 32 p., € 13,95.
ISBN: 978 90 4510 554 3
vanaf 3 jaar.
Van Goor , Amsterdam, 36 p., € 13,50.
ISBN: 978 90 00 03770 4
vanaf 5 jaar.
dierenverhalen en gedichten
Lannoo, Tielt, 96p., € 14,95.
ISBN: 978 90 209 7042 5
vanaf 10 jaar.