De tandem Vandenabeele (illustrator) en Van de Vendel (schrijver) is verantwoordelijk voor een van de meest opmerkelijke prentenboeken van de laatste jaren. Hun Rood rood Roodkapje mag een klein meesterwerk heten, een mijlpaal in de talloze bewerkingen van dit klassieke sprookje. Tekst en tekeningen zijn mekaar waard en creëren een subliem samenspel van spanning, verrassing en mysterie. Een gedurfde en geslaagde 'tour de force'. Iets vergelijkbaars proberen ze nu met het verhaal van Blauwbaard in hun laatste samenwerking Een griezelmeisje.
Dat griezelmeisje heet Louise en op een dag bedenkt ze dat haar leven saai geworden is. Vroeger durfde ze alles en hield ze van enge jongens, zoals Rotboy. Onze heldin wil ontsnappen aan haar burgerlijke bestaan en rept zich naar het enge Huuverbos. Als ze belaagd wordt door een wolf, komt de inmiddels volwassen Rotboy haar redden. Hij voert haar mee op zijn paard naar zijn slot en laat haar daar alleen. Eigenlijk mag ze nergens aankomen van Rotboy, maar daar trekt Louise zich niets van aan ("want ze doet niet meer aan saai"). En zo ontdekt ze een vreselijk geheim.
Het Blauwbaardsprookje wordt verteld vanuit het standpunt van de vrouw, die weigert om zomaar eventjes het zoveelste slachtoffer te worden van een soort seriemoordenaar. Maar evenmin van haar eigen leven: ze verveelt zich te pletter, en verlangt naar vroeger toen alles nog mogelijk en avontuurlijk leek. Op de eerste prent zien we Louise in het gras liggen mijmeren, maar Vandenabeele tekent het zo dat het lijkt alsof deze fors gebouwde vrouw achterover gevallen is en hulpeloos op haar rug ligt. Een sterke, ambivalente openingsillustratie.
Het boek is - in dezelfde sfeer als Roodkapje - een reeks van betoverende houtsnedes, dit keer in rood, blauw en zwart. Vandenabeele maakt er een picturaal festijn van, met grote kleurvlakken, overvloedig en zeer efficiënt schaduwgebruik, barokke bloemmotieven, forse personages. Op de beste momenten doet haar werk denken aan de schitterende gravures van Frans Masereel. Ook Van de Vendel goochelt met woorden om van deze archetypes toch mensen van vlees en bloed te maken. Erg mooi bijvoorbeeld is het spel met de poëtische namen van verschillende soorten planten (Louise doodt aanvankelijk haar tijd met tuinieren. Later blijkt diezelfde 'saaie' bezigheid haar nog goed van pas te komen). Woordkeuze, ritmische herhalingen, originele beelden... de tekst is soms van een al even zinnelijk genot als de illustraties. Maar de ultieme symbiose, zoals in Roodkapje het geval was, blijft toch achterwege. Het lijkt bij momenten allemaal wat te bedacht of te symbolisch. Misschien omdat het procedé ook al wat 'déjà vu' aanvoelt. Echt meeleven met het hoofdpersonage komt er jammer genoeg (te) zelden aan te pas, eerder gefascineerd en op een afstand toekijken. Maar wie daar vrede mee neemt, krijgt een hoogst genietbaar spektakel te zien.
Patrick Jordens
Isabelle Vandenabeele (ill.)
De Eenhoorn, Wielsbeke, 36 p., € 17,50.
vanaf 8 jaar.