In
Hoe de wereld begon neemt het meisje Eva de beslissing en neemt het
meisje God de uitvoering op zich. Water en zand, dieren en planten worden
met veel verbazing en fantasie geschapen. De verrukking over zo'n heerlijke
wereld stijgt met de creatie van elk nieuw leven. Op het eind trekt God zich
terug en maakt ze nog snel een jongetje. Dat was eigenlijk een foutje, ze
wilde een vriendinnetje maken. "Moet het over?" vraag God. Maar
Eva vindt hem wel oké. Adam is aardig, en God mag nu gaan slapen. Het
boek eindigt met een lege plaats voor een foto van jezelf, want volgens Ben
Kuipers is iedereen "soms een beetje God."
Het boek stopt bij de schepping van Adam en laat de zondeval
onbesproken. Het is een boek waarbij je van begin tot eind glimlacht, want
het beschrijft een paradijselijke wereld zonder gruwel. Ook in het vorige
boek van dezelfde auteur, De warme dagen van Wolf en Lam, is alles
ontzettend lieflijk. Naar aanleiding van Hoe de wereld begon vroeg
ik de auteur naar de reden voor zo weinig realiteitszin in zijn boeken.
Ben Kuipers: "Ik wil aan kinderen niet vertellen dat
het leven niet altijd de moeite waard is. Hoewel ik dat soms denk. Ik begrijp
de wereld niet, dat lukt me echt niet, en misschien is het daarom wel dat
ik kinderboeken schrijf. Misschien, want ik vind niet dat ik voor mijn schrijven
verklaringen moet zoeken. De lieflijke wereld die ik met m'n kinderboeken
oproep is een soort tegengif voor mezelf, want ik ben helemaal niet zo'n optimist."
Hoe de wereld begon is een scheppingsverhaal, opgevat
als een mooi sprookje. Ook dat is een tegengif voor de bijbelse verhalen uit
Ben Kuipers' jeugd. "Ik ben rooms-katholiek opgevoed. De God die ik toen
had, boezemde angst in. Ik vond God in mijn kinderjaren een verschrikking!
De afbeeldingen van Gustave Doré in mijn uitgave van het Oude Testament
maakten me echt bang! Ik ben niet meer gelovig nu. God is gewoon een begin,
er moet toch ergens een begin zijn van het verhaal? Van de oerknal snap ik
niets, dus moest het een scheppingsverhaal worden."
Dat God een klein meisje is, is een mooi uitgangspunt. Samen
met Eva maakt ze al spelend de wereld vol. Scheppen gebeurt louter om het
plezier ervan. God hoort Eva graag lachen, dat is de voornaamste reden om
land, lucht en water vol te toveren met dieren. "Ze bleef scheppen: leeuwen,
honden, zebra's, slangen. Het ene landdier na het andere kwam op de wereld.
Eva vond alles geweldig. God raakte een beetje door het dolle heen en daarom
maakte ze het vogelbekdier."
Ben Kuipers: "Ik liep al een tijdje rond met het idee om een verhaal
te maken over God als een klein meisje. Er wonen in mijn straat een paar zesjarige
meisjes, en die zijn net als het meisje God heel erg onzeker. Eerst is God
helemaal alleen. In het duister, er is helemaal niets, je moet je dat proberen
voor te stellen! Ze schept licht en een vriendinnetje, Eva, en vindt dat het
dan genoeg is. Maar Eva is een gewoon meisje en zij is veel ongeduldiger.
God heeft alle tijd om te scheppen, Eva wil dat het vooruitgaat."
Terwijl de schepping zich voltrekt, bij monde van oma, geeft
Thea, de kleine vragensteller van in het begin, opmerkingen. Ze geeft commentaar
op het spel van God en Eva, grijpt nu en dan in het verhaal in. Ze 'schept'
zelf een en ander. Zo eindigt het verhaal met de overpeinzing dat iedereen
wel eens schept. Ook oma met haar mooie verhaal, ook moeder die uit een stuk
stof een prachtige jurk kan maken. Naar het einde toe wordt Hoe de wereld
begon behoorlijk melancholisch, als Thea naar de mensen op straat kijkt
en in gedachten naar hen roept dat ze allemaal soms een beetje God zijn: "Jij
en jij en jij..."
Hoe de wereld begon wil ons nog eens herinneren aan het
wonderbaarlijke van onze planeet, laten we nog eens verbaasd ziijn over het
stuntwerk van de schepper. Illustratrice Ingrid Godon heeft er knappe beelden
bij gemaakt, magnifieke collages van God en Eva te midden van hun schepping.
Ouderwetse zwartwittekeningen van ganzen, vissen en muizen worden aangevuld
met meeuwen en poezen in de stijl van Godon: monochroom geverfde, hoekige
dieren, zwart omrand met inkt. God die tevreden wegloopt met de handen in
de zakken. Oude wereldkaarten en kaarten van de dierenriem worden gebruikt
als motief voor een fauteuil, of als uitgescheurde wolkjes waarop God ligt
te slapen.
Het
blijkt een goed duo te zijn, de Nederlander Ben Kuipers en de Vlaamse Ingrid
Godon. Ze werkten ook samen voor De warme dagen van Wolf en Lam, het
tweede boek over twee vrienden, Wolf en Lam. Wolf is de goedzak, Lam de opportunist.
Het is wel eens wat te warm, er moet af en toe gewerkt worden, het wordt ook
wel eens wat kouder en ze vallen soms om van de slaap. Maar al bij al gaat
het er heel vriendschappelijk en compleet veilig aan toe in de wereld van
Wolf en Lam. Gelukkig zitten er ook weerhaakjes aan de Wolf en Lam-verhalen.
Lam is een gemakzuchtig wezen, Wolf is te braaf. Zo kun je je als lezer toch
nog opwinden over hun relatie, je kunt het oneens zijn met beiden. De verhaaltjes
kabbelen rustig voort, maar zijn toch niet voorspelbaar. De dierenverhalen
van Ben Kuuipers doen wat denken aan die van Toon Tellegen. Er gebeurt niet
veel, maar er wordt wel veel nagedacht. Over de vraag of er elke dag een nieuwe
zon opkomt, bijvoorbeeld. Of over hoe het zou zijn als Lam er niet was. Of
over lopen in de mist. er wordt geluierd onder een boom en helemaal niets
uitgevoerd en er worden zelfs net als bij Tellegen brieven geschreven. Ingrid
Godon tekent hier mooi in zwart-wit hoe onmisbaar vriendschap is. Tussen de
grote, vaderlijke, naïeve Wolf en zijn vriendje, speelse en roekeloze
Lam.
Ben Kuipers
Ingrid Godon (ill.)
De warme dagen van Wolf en Lam
Leopold, Amsterdam, 76 p., € 12,95.
vanaf 9 jaar.
Ben Kuipers
Ingrid Godon (ill.)
Hoe de wereld begon
Leopold, Amsterdam, 28 p., € 12,95.
vanaf 9 jaar.