Gewone boekjes
Traditioneel
krijg je zo omstreeks Kerstmis een soort zoete boekjes binnen waar kerstmannen
in zitten en rode linten en ballen en zilveren slingers. Maar dit jaar
heb ik deze dingen nog niet gezien, ik bedank alle uitgevers.
Gewone boekjes en boeken dus.
En om te beginnen een heel bescheiden boekje, zeker wanneer
je het naast zo'n pop-upding zou gaan leggen, want de enige kleur die erin
gebruikt wordt, is het blauw van de cover, met ook nog een dikke veeg geel
van de maan. En verder, binnenin, uitsluitend tekeningen van de dunne lijn,
gewild bibberig en onhandig aangebracht, suggererend.
Het verhaal van de koning of Het meisje en de nacht
heet het boekje dat Sandra de Weijze bij Querido heeft uitgebracht. En
zoals de tekeningen minimaal zijn, zo is ook de tekst. Maar niet geforceerd,
alleen simpel, alsof simpel heel vanzelfsprekend is.
En het is zo mooi dat een verhaal over een koning simpel
kan zijn, althans in boeken. Daar komt bovendien nog een heel verrassend
en fijnzinnig einde bij, niet in het genre van het rot gebruikte het-was-allemaal-maar-een-droom.
Ook voor jonge lezertjes is het andere
Querido-boekje, waarin Désirée ziek is. Désirée
is kleurig ziek, ze wordt met dikke zwarte strepen afgelijnd, ze zit met
haar vuile poten op een sofa, want ze is een varken. Het boekje begint
met het tijdsgebruik van Désirée, die 's maandags dit doet
en op dinsdag dat en op woensdag nog iets anders. Maar dan, wanneer de
week vol zit, zit Désirée niet opnieuw met haar vuile poten
op een sofa, maar ligt ze niezend en hoestend te bed. En dan blijkt hoe
vele
vrienden
Désirée heeft: zo gaat een van de dames Bleek - kippen zijn
dat - op het hoofd van Désirée zitten, kwestie van het goed
warm te houden. En Jip de Haas roept 'vlug vlug' en 'hup hup' en wil drop
en zuigtabletten en kamillethee voor Désirée, 'hup hup'.
Een boekje van niets wellicht, maar lief en grappig en coherent en alsof
het het eerste in dit genre is, terwijl het zeker het duizendste is.
Nog meer ziekte vind je in Altijd
Tijger, waarin de tijger een aardige meneer is, die iedereen helpt,
een soort welzijnswerker. Maar te veel is trop en tijger wordt ziek
en knijpt ertussenuit en laat een kattebelletje achter waarop staat dat
hij het niet meer ziet zitten. Maar 't komt allemaal in orde. Dankzij tekst
en aardig tekenwerk.
Met vooral kleuren bouwt Jutta Bauer
een verhaal over een koningin op, die een na een haar onderdanen ontbiedt,
het blauw, het rood, het geel, kleuren die niet alleen mooi en lief zijn,
maar soms ook lelijk en hard.
Het einde van het boekje is wat tekeningen betreft het
mooist, omdat het een felle climax van aanzwellende kleren te zien geeft,
een overrompeling, een driekleurige warreling die door het tere blauw zal
worden toegedekt.
Veel verhaal zit er niet in dit boekje, tenzij het verhaal van het komen
en gaan van kleuren en van hun vermengingen en van hun kleurrijke uitbarstingen,
elementen die samen worden gehouden door de figuur van een koningin. (De
koningin van de kleuren).
Het valt trouwens op hoe kinderboeken vaak op niets anders
zijn gebaseerd dan op een of andere inval, die - tweede constatering -
vaak niet meer dan de kopie van een reeds vroeger en elders uitgewerkte
inval.
Neem het verhaal van de tien kleine
negertjes en leg daar
In het huis van de Griezels naast, dan weet
je genoeg.
'In het huis
van de griezels,
voor geen oog
haast te zien...
school pa weerwolf
met z'n kleintjes,
het waren er
tien.
"Janken maar",
zei de vader.
"Wij janken
alle tien."
Dus jankten
ze, de hele nacht,
voor geen oog
haast te zien'.
En de hoofdpersonen, twee Dalton-achtige boeven, decimeren
alle griezels die ze in een verlaten kasteel tegenkomen tot er niets en
niemand overblijft.
Terwijl de eerste verzen soepel lopen, beginnen de volgende
stram te hinken, je ziet dat het om een vertaling gaat en de vertaler van
dienst heeft soms hardhandig moeten wringen om rijmwoorden en rijmschema's
min of meer in orde te krijgen.
Gebaseerd op herhaling is De eend
van Jules, waarin Jules een trui krijgt waarop een eend prijkt. Maar
wanneer de trui wordt aangetrokken, blijkt de een verdwenen. En dan gaat
Jules zoals heer Halewijn voor zijn moeder staan, voor zijn vader, voor
de buurman, voor wie al niet en vraagt of ze de eend hebben gezien.
Nee, niemand heeft ze gezien.
Maar wij, lezers, krijgen ze wel te zien, wanneer Jules
zich op het einde van het boek omdraait en natuurlijk heeft hij de eendentrui
achterstevoren aangetrokken. Korte, kleine humor, helemaal geschikt voor
de kleineren, een categorie voor wie trouwens alle hier besproken boeken
geschreven zijn.
Bert Van Molle
Sandra de Weijze, Het verhaal van de koning of Het
meisje en de nacht, Querido.
Geertje Smit en Nils Smit, Désirée is ziek, Querido.
José Stroo, Marijke ten Cate, Altijd Tijger, Clavis.
Jutta Bauer, De koningin van de kleuren, Querido.
Erica Silverman, Jon Agee, In het huis van de Griezels, Lannoo.
Annemie Berebrouckx, De eend van Jules, Leopold.
Copyright ©
17 december 1998.