Let op de plaatjes

Illustraties in kinder- en jeugdboeken krijgen steeds meer aandacht

De Jeugdboekenweek, een veertiendaagse eigenlijk, vindt volgende woensdag voor de 28ste keer plaats. De illustraties in kinder- en jeugdboeken krijgen steeds meer aandacht en waardering, zo bleek gisteren in het Antwerpse stadhuis bij de uitreiking van de Boekenpauw 1999.

28ste Jeugboekenweek   Goele Dewanckel (1959) wist even niet waar ze het had toen ze in de trouwzaal van het stadhuis naar voren werd geroepen. De laureate van de Boekenpauw 1999 (of Yvonne Gillé-Decoene-prijs) werd meteen omsingeld door een legertje persfotografen dat haar minutenlang onder schot hield met hels geflits, als had het een celebrity in het vizier. Het illustreren van kinder- en jeugdboeken heeft duidelijk aan belang gewonnen de voorbije tien jaar, zegt Andre Sollie. Hij zit al meer dan een kwarteeuw in het vak, won vorig jaar de Boekenpauw en was dit jaar voorzitter van de vijfkoppige jury.
   Het aantal Boekenpauw-kandidaten was dit jaar opvallend hoog, zegt hij: 38, een record zelfs. Dat zegt veel over de toegenomen interesse bij de Vlaamse illustratoren zelf. Er komen natuurlijk steeds meer jeugd- en kinderboeken op de markt, een beetje te veel zelfs, vindt Sollie, maar dat betekent tegelijk dat meer kwaliteit het licht ziet, ook bij de illustraties. De helft van Boekenpauw-kandidaten had een goed tot zeer goed niveau, zegt de juryvoorzitter. Daar zaten gevestigde namen bij die bevestigden, zoals Gerda Dendooven (laureate in 1995) en Kristien Aertssen (laureate in 1994), en interessante nieuwkomers zoals Johan Devrome, Erika Cotteleer en Tom Schamp.
   In het juryverslag lezen we dat de kwaliteit van Tom Schamp van Jacobs laddertje (tekst van Diane Broeckhoven) "een klein kunstwerk" maakte – woorden die de nieuwe houding ten opzichte van de illustratoren typeren. Het jeugdboek zelf was al volwassen geworden, maar dat respect gold vooral de auteurs, nu mogen ook illustratoren meepraten met de grote mensen. "We worden nu ernstig genomen", zegt Sollie. "Een werk wordt als een artistiek stuk beschouwd. Vroeger was de illustratie puur functioneel, je had minder vrijheid, terwijl je nu meer gekozen wordt op basis van wat je doet en hoe je het doet. De uitgevers hebben stilaan door dat het gezicht van het boek belangrijk is. In onze jurering hebben we daarom bewust gekozen voor het artistieke niveau van de illustraties. Het ging om de plaatjes. Het gelukkig toeval wil dat dat bijna altijd samenloopt met een goed verhaal. Kwaliteit zoekt kwaliteit." Ook bij de illustratoren voor volwassenenpublicaties groeit het respect. "Soms ben ik een beetje jaloers dat ik daar zelf niet in bezig ben", zegt jurylid Eddy Vermeulen, beter bekend als Ever Meulen. "Het  is me ooit gevraagd een jeugdboek te illustreren. Maar ik had altijd een excuus, ik had genoeg ander werk, en dan heb je de neiging  om te kiezen voor wat je kent, om op vertrouwd terrein te blijven. Kinder- en jeugdboeken illustreren is toch een totaal andere wereld."
Zeg me dat het niet zal sneeuwen   Niet voor Goele Dewanckel, die tijdens de receptie na de uitreiking nog altijd liep te bekomen. Zeg me dat het niet zal sneeuwen (tekst van Jaak Dreesen) is pas het tweede kinderboek waarvoor ze tekeningen maakt. Daarnaast illustreert ze voor volwassenen, onder meer in krantenbijlages. En eigenlijk tekent ze dan niet anders dan voor kinderen – of vice versa. "Als ik aan iets begin, dan moet ik emotioneel gepakt worden door het verhaal. En of ik nu voor kinderen of volwassenen werk, daar maak ik geen onderscheid in. Het enige wat ik mij afvraag is of de gevoelens voldoende aan bod komen in de tekening." Haar illustraties zijn sober, in zwart, wit en rood. De jury noemt het "een grafisch sterke tekenstijl die meteen emoties oproept en wonderwel aansluit bij het niet zo voor de hand liggende onderwerp. Ook de typografie en de vormgeving ondersteunen deze harmonie vna tekst en beeld. De sfeervolle tekeningen tillen de literaire kwaliteiten van het verhaal nog op en maken er een artistiek en coherent geheel van." Het had over een boek voor volwassenen kunnen gaan. "Maar ja," zegt Ever Meulen, "goede kinderboeken zijn universeel. Ze zijn ook voor grote mensen, net zoals goede tekenfilms."
RP
De 28ste jeugdboekenweek vindt plaats van 10 tot 24 maart.


Terug
Copyright © De Morgen                      4 maart 1999.