Van zwijnen, meisjes en mannetjes

Een heerlijk modderbad!Een beetje varken houdt van modder. Zo ook Everzwijn, die met zijn vriendjes in het bos woont. Zij hebben de grootste pret met de spelletjes die Everzwijn verzint, maar als hij zin heeft in een modderbad halen Vos, Eekhoorn, Haas en Hert hun neus op. Modderwroeten moet hij helemaal alleen.
Op een dag valt een groot roze varken met oorverdovend gekrijs van een vrachtwagen die langs het bos rijdt. Everzwijn bibbert van schrik en vraagt aan zijn vrienden wat dit wezen wel kan zijn. Vos lacht dat het een zwijn is. Everzwijn is er niet gerust op en blijft de rare snuiter volgen. Hij wordt heel kwaad als blijkt dat de vreemdeling zijn kastanjes opeet, met zijn vrienden praat en op zijn bedje gaat liggen slapen. Kokend van woede zet hij het dier op zijn nummer en rent achter hem aan om hem een mep te geven. Angstig springt het varken in de modder, achternagezeten door Everzwijn. Hun moddergevecht wordt een spel en de twee worden vriendjes. Vrienden maken gaat niet altijd vlekkeloos, is de moraal van Een heerlijk modderbad! De pastelkleurige tekeningen van de Duitse Barbara Mossmann zijn helder en vooral de twee zwijnen zijn grappig.
Van eigen bodem is De ballon van de tovenaars van Yvan Gout en Wout Olaerts. Drie tovenaars (eigenlijk een siamese drieling) hebben een 'wiz block'. Rom, Dom en Brom doen heel erg hun best. Het zweet staat op hun voorhoofd, maar het lukt hen niet. Om opnieuw te kunnen toveren moeten zij de juiste melodie vinden. Rom stuurt er zijn konijntjesballon op uit om hulp te zoekn. Die weet dat hij op zoek zal moeten gaan naar kinderen en vliegt naar de kermis. Daar wordt hij opgepikt door Effi, een heel gewoon en vrolijk meisje, dat mooie melodietjes kent. Zij blaast de ballon weer dik en vliegt mee tot bij de tovenaars. Door keer op keer haar favoriete liedje te zingen zet zij hen weer aan het werk. Brom begeleidt haar op de fluit en Rom en Dom toveren ballonnen van alle kleuren. Met een bos vergeet-mij-nietjes in de hand vliegt Effi door een hemel vol ballonnen weer naar de kermis.
De vormgeving van Wout Olaerts volgt de nieuwe trend. Hij speelt met lettertypes, laat zijn letters dansen en in en uit de felgekleurde prenten lopen. De woorden van de tovenaars komen uit een oude tikmachine met vette letters. De mannetjes zelf zijn aardig en nors tegelijk en ook wat dik en dubbelkinnig. Zij hebben één forse spriet vet zwart haar op hun kale kruin en dragen samen één hermelijnen jas. Als zij lachen hebben ze elk twee babytanden. Al bij al zijn het drie aandoenlijke ventjes, Rom, Dom en Brom. In De ballon van de tovenaars is het kleine meisje de grote held.
Eefje DonkerblauwOpnieuw uitgegeven (in derde druk al) is Eefje donkerblauw van Geert De Kockere en Lieve Baeten. Eefje is een kleine koningin die in een donkerblauwe wereld woont. Waar ze naar kijkt, wat ze aanraakt, wat ze eet... alles is blauw. Ze is wel alleen, want omdat ze zo mooi is zegt niemand haar meer dan 'Ooooooooh' en 'Aaaaaaaah'. En dat is weinig. Op een dag ontmoet ze op het strand koning Goudgeel. Ook hij komt niet verder dan een kreet van bewondering. Hij blijft haar echter zoeken tot zij zich verstopt en hij terugkeert naar zijn goudgele paleis aan zee. Eefje Donkerblauw wil wel graag trouwen en besluit hard te oefenen om van geel te houden.. Zij schildert en naait gele versieringen op haar donkerblauwe spullen. Ook koning Goudgeel heeft donkerblauwe stippen op zijn gouden kroon geschilderd. Na vijf dagen en vijf nachten trouwen ze en... Ja hoor, zij krijgen groene kinderen. Behalve één blauw meisje dat later trouwt met Prins Avondrood. Tussen het paarse nageslacht zit een rode jongen die weer een generatie later oranje kinderen heeft met Geeltje. Alle kleurenkinderen samen vormen een regenboog.
Eefje Donkerblauw is een leuk verhaal om aan kleine kinderen de samenstelling van kleuren uit te leggen. Vooraan in het boek zit trouwens nog een extra: drie stevige kleurencellofaantjes in rood, geel en blauw, waarmee je jezelf kunt promoveren tot kleurentovenaar.
Voor de fans van Mannetje zoekt een hoed, een sprankelend prentenboek dat in Nederalnd werd gelauwerd, schreef en tekende Marjolein Krijger een vervolg: Mannetje droom een droom. Mannetje is bang voor het donker, maar gelukkig neemt de maan hem mee op reis door de nacht. Hij maakt het donker licht, jaagt de stilte weg door voor te lezen over mooie dingen en verwarmt mannetje als die het koud heeft. Krijger schildert op een bijzondere soort gerecycleerd papier grote kleurige vlakken die ze zwart omlijnt. Niet alleen haar prenten maar ook haar teksten zijn heel suggestief van vorm. Zij geven voor kleuters die nog niet kunnen lezen de gevoelens weer van wat er staat. Dit is een schitterend prentenboek om de donkere nacht in de kinderkamer mee te verslaan.
Opstaan!
Opstaan! zegt dan weer Jan Jutte. Deze bijzonder getalenteerde illustrator van onder meer Het Beertje Pipeloentje van Annie M.G.Schmidt en boeken van Sjoerd Kuyper en Rindert Kromhout, is al veertien jaar professioneel bezig en wordt steeds sterker.
Olifant Olle en zijn mensenvriendje Tip liggen lekker te slapen in de zon. Tip wordt wakker en wil spelen. Maar wat hij ook doet, Olle doet geen oog open. Tip kietelt Olle, schreeuwt in zijn slurf, trommelt en toetert zo hard als hij kan. Hij springt op en neer op Olles buik en vuurt een kanonskogel af. Niets helpt. Tot Tip gaat lopen janken en Olle hem komt troosten.
Opstaan! is een prentenboek van formaat met eenvoudige, krachtige prenten over een situatie waarin elke olifantmoeder of -vader zich zeker zal herkennen, die ene dag dat uitslapen mogelijk was...
Terug

Werner Färber en Barbara Mossmann, Een heerlijk modderbad, De Eenhoorn.
Yvan Gout en Wout Olaerts, De ballon van de tovenaars, De Eenhoorn.
Geert De Kockere en Lieve Baeten, Eefje Donkerblauw, De Eenhoorn.
Marjolein Krijger, Mannetje droomt een droom, Van Holkema & Warendorf.
Jan Jutte, Opstaan , Leopold.

Kathy Lindekens
Copyright © De Morgen 11 juni 1998