Vakmanschap

Illustratie uit De KilekanenVakmanschap, daar zou ik het even over willen hebben, want bij gelijke kwaliteit aan vakmanschap is een origineel boek uiteraard beter dan een nagekauwd boek, maar ik durf eraan te twijfelen of een origineel boek dat kwakkelend is geschreven beter is dan een nagekauwd boek dat schrijfkundig perfect is afgewerkt.
 En hier heb ik een schrijfkundig perfect boek, lieve kinderen, lieve mensen, wat een perfectie! Terwijl de inhoud gewoonweg alle gewone ingrediënten verzamelt die een spannend kinderboek vullen.
   Echt toveren heet het boek en ik weet niet wat schrijfster Truus van de Waarsenburg allemaal doet om haar tijd zinvol om te krijgen, maar ze zou best een cursus vakmanschap kunnen geven . Bovendien kent Truus van de Waarsenburg haar publiek. Dus vermijdt ze grappen die meer tot de volwassen mee- of voorlezers zijn gericht dan tot de doelgroep.
   En ze vermijdt beschrijvingen van hier tot ginder. Ook bezondigt ze zich niet aan kleine verhalen binnen het grote verhaal, want men is zo gauw de verhaalweg kwijt.
   En ze mikt op korte hoofdstukken die elkaar snel opvolgen.
   Waarover gaat Echt toveren? Het gaat over Maartje en haar broertje Jeroen, die ontdekken dat er iets mis is met de snoepwinkel van mevrouw Deks die ooit, in betere dagen, toverballen verkocht. Een slechte meneer Dovenaar - hij kan niet eens goed toveren - heeft ervoor gezorgd dat mevrouw Deks tot een kind is verjongd, zodat hij haar winkel in kan pikken. En bij het bestrijden van dit onrecht komen niet alleen Maartje en Jeroen, maar ook ex-mevrouw Deks en Dovenaar en de winkel, inclusief zijn muizen en ratten, in allerlei rare situaties terecht, climax gegarandeerd.
   O ja, de zinnen die Truus van de Waarsenburg schrijft zijn nooit langer dan een achttal woorden. Nooit de zwaarte van bijzinnen. Vrij van ballast.
   En - ik herhaal het - deze korte dingetjes zitten in een lange, goeie verhaalstructuur en het werkt.
   Waarna ik Geesje Zoet ben gaan lezen, een boek van Marjan Berk. Ik herinner mij dat Marjan Berk vroeger nog een Geesje Zoet heeft geschreven, toen was het iets met een tovertimmerkist, nu is het iets met een verdwenen prinses.
   Tjonge, wat kan een verdwenen prinses tegenvallen.
   En het procédé van de lange ingelaste brieven die Geesje Zoet vanuit Griekenland naar het thuisfront schrijft en die mevrouw Dora in naam van Snoepspook en van de kip Dora en de haan Harry en de kuikentjes van het thuisfront naar Geesje Zoet stuurt, is logzwaar. Slechts zelden komt het boek op dreef.
   Alsof Marjan Berk eens schooljuf wilde spelen en vanuit de belerende mentaliteit van de klassieke schooljuf een boek heeft geschreven, nee: gepleegd.
   Illustratie uit De KilekanenMet plezier laat ik Geesje Zoet links liggen, want rechts vind ik De Kilekanen van Berber van der Geest, die een Fries is. Dus zal er veel water in zijn boek zitten, veel kanalen, veel afgelegen boerderijen.
   En zo is dat.
   De eerste hoofdstukken zijn springerig, alsof er een boek is gemaakt van losse indrukken, type 'In Bed', 'In Bad', 'In de Stallen', 'Tijdens de Zondagsdienst', 'In de Haven' en ga zo maar door.
   Maar na een paar hoofdstukken vormt zich het verhaal, trekt zich op gang, schiet plots los, begint met schwung en pit te rennen, verzwakt nergens, avontuurt erop los, bereikt sterk, zonder hijgen en met humor het eindpunt.
   Het gaat over een meisje Kinke, die graag een jongen wil zijn, niet met alles erop en eraan, maar gewoonweg om te mogen voetballen, zonder dat mama zeurt over vuile knieën, kapotte schoenen, smerige handen.
   Is het overigens waar dat jongens sterker zijn dan meisjes?
   En kun je dan geen middeltjes vinden om ze te evenaren?
   Oudwijfje, die toveren kan, zegt dat ze aan moedveren dient te geraken en sterk jongensverstand vind je in Koppie-Koppiestein en dan moet je nog berenvet aanschaffen, maar waar?
   Een tweehonderd-per-uur verhaal. Wat erin opvalt is dat er toch nog altijd twee Nederlandsen bestaan en dat van Berber van der Geest - die oorspronkelijk in het Fries schreef en dan in het Nederlands omzette - is soepel en licht en verdient Vlaamse navolging, wat niet altijd zo simpel is.
   Ja, ook om de soepelheid en lichtheid lees je met graagte De Kilekanen. En Laura Lava, die mocht illustreren, mag dat voor mijn part nog veel meer gaan doen, een beetje euforisch, maar getemperd door zwart-wit.
   In Friesland vraagt men zich af of de Kilekanen wel bestaan. Ik dacht van wel en gelukkig maar.Terug
 

Bert Van Molle

Truus van de Waarsenburg, Echt toveren, Elzenga. 
Marjan Berk, Geesje Zoet en de verdwenen prinses, Leopold. 
Berber van der Geest, De Kilekanen, Leopold.

Copyright © De Morgen                    7 augustus  1998